Stadsrechten

wo 08 jun, 2005

Wanneer kreeg Amsterdam stadsrechten? Deze vraag is plotseling actueel nu in de gemeenteraad van 1 juni jl. een motie van Rosa van der Wieken (VVD) is aangenomen waarin wordt voorgesteld voortaan jaarlijks een feestelijke ‘Amsterdamdag’ te houden op 13 juni.

De datum van 13 juni (13-06) wordt in de motie gemotiveerd met de overweging dat Amsterdam zijn stadsrechten waarschijnlijk kreeg in 1306. Tijdens de raadsvergadering heb ik mijn twijfels geuit over de juistheid van deze datum. Het staat immers niet met zekerheid vast wanneer Amsterdam stadsrechten kreeg. In 1975 vierde Amsterdam op grootscheepse wijze zijn 700 jarig bestaan. Aan dat feest danken we nog het jaarlijkse Ajax-Amsterdamtoernooi en het 5-jaarlijkse SAIL.

Op 27 oktober 1275 schonk Floris V, graaf van Holland, Amsterdam het tolprivilege. Dat betekende dat de lieden die bij de dam in de Amstel woonden hun goederen vrij van tol door zijn graafschap mochten vervoeren. Deze datum kennen we zo precies omdat het de oudste schriftelijke bron is waarin Amsterdam voor het eerst wordt genoemd. (Wie dit stuk wil bekijken ga naar: www.gemeentearchief.amsterdam.nl /schatkamer/ 300schatten/ handel/tolprivilege). Maar over de stadsrechten is zo’n duidelijk bewijs er niet.

Verschillende onderzoekers hebben geprobeerd te achterhalen wanneer Amsterdam precies stadsrechten kreeg. In de ‘Geschiedenis van Amsterdam’ van prof. H. Brugmans komt hij tot de conclusie dat Amsterdam in 1306 niet zijn stadsrechten kreeg. Brugmans analyseert uitvoerig of de stadbrief uit 1306 van Gwijde van Henegouwen (= Guy van Avesnes) voldoet aan die voorwaarden. Maar hij vindt dat er te weinig in staat over de markt en marktrecht, over handel en verkeer, over nijverheid en arbeid, over geldmiddelen van de stad en haar belastingen, om tot die conclusie te komen .

In 1925 schreven Brugmans en Loosjes over Amsterdam: “Zijn stadsrechten heeft het eerst gekregen van den anderen heer, dien Gijsbrecht van Amstel na zijn vertrek uit Amsterdam zag komen, van Guy van Avesnes. Hij schonk, hoogstwaarschijnlijk in 1300 -de oorkonde is niet gedateerd- aan zijn gemeente van Amsterdam het zoo begeerde stadrecht” .

Vorig jaar is het eerste deel verschenen van de schitterende serie ‘Geschiedenis van Amsterdam’ Hierin beschrijft Eef Dijkhof uitvoerig de weg naar autonomie van Amsterdam. Hij komt tot de conclusie dat de rechtsregels die in de oudste stadskeur zijn vastgelegd in eerste instantie mondeling door de stadsheer zijn toegestaan. Gwijde van Henegouwen liet deze in 1300 voor het eerst in de vorm van een oorkonde uitvaardigen. Gwijde was een broer van graaf Jan ll van Henegouwen, Holland en Zeeland.
Op 21 mei 1300 beleende Jan ll zijn broer met Amstelland en Amsterdam. Deze goederen hadden toebehoord aan Gijsbrecht van Amstel, maar door Gijsbrechts medeplichtigheid aan de moord op Floris V waren deze bezittingen hem ontnomen. Het ligt volgens Dijkhof voor de hand dat Gwijde zich kort na 21 mei 1300 in Amsterdam heeft laten inhuldigen waarbij de Amsterdammers hem trouw hebben gezworen. Waarop hij het geldende keur en recht bij oorkonde uitvaardigde. De datum waarop dit stuk is uitgevaardigd moet liggen tussen 21 mei 1300 en 5 augustus 1301, het tijdstip waarop Gwijde tot bisschop van Utrecht is gekozen. Hij wordt namelijk niet als bisschop in de oorkonde genoemd. Een uitvaardiging kort na 21 mei 1300 ligt het meest voor de hand .

Kortom een extra feestdag voor de Amsterdammers is natuurlijk altijd goed, maar niet op 13 juni.

Meer lezen?

Bekijk alle artikelen