Op 2 juli jl. heeft het college van B&W van Amsterdam een brief gestuurd aan de gemeenteraad. Onderwerp van de brief zijn de tegenvallende grondopbrengsten. Meegedeeld wordt dat alle projecten worden stopgezet tenzij op basis van noodzakelijkheid, financierbaarheid en maatschappelijke wenselijkheid voortzetting gerechtvaardigd is. Voor de tekst van de brief zie hier.
De reactie van het college op de bouwcrisis heeft als schokeffect misschien nog enige waarde maar verder lijkt het mij de verkeerde aanpak. In tijden van crisis moet je juist anti-cyclisch opereren. Er zal dus alles uit de kast gehaald moeten worden om de bouw weer op gang te brengen. Het multipliereffect van investeringen in de bouw is 3 à 4. Dus elke euro is goed besteed. De sociaaldemocratie in Amsterdam kent een grote traditie in anti-cyclisch werken. Denk aan de beroemde leningen in Engeland van Wibaut in de jaren twintig en de investeringsimpuls van Jan Schaefer in de stadsvernieuwing in de jaren zeventig. En niet te vergeten de inzet van Louis Genet en de corporaties in de jaren tachtig om het Oostelijk havengebied te herstructureren. De markt weigerde aanvankelijk te investeren. Pas toen de investeringen van gemeente en corporaties succesvol bleken sloten zij zich aan. Als reactie op de crisis in de jaren dertig werd het Algemeen Uitbreidings Plan (AUP) gemaakt door de gemeente. Na de oorlog was het de basis voor de wederopbouw. Als de gemeente stopt met enkele grote onrendabele projecten zoals de aanpak van het gebied rond de Lelylaan dan valt er direct al zo’n 100 miljoen vrij in het vereveningsfonds. Als we daarnaast eindelijk eens creatief aan de slag gaan met ons weergaloze erfpachtstelsel dan kan op een offensieve manier de crisis aangepakt worden.
Te denken valt aan het kopen van de eigen grond onder bouwprojecten van particuliere ontwikkelaars en deze grond direct weer in erfpacht uit te geven, daarmee verschaf je deze ontwikkelaars snel en goedkoop geld om te investeren. Om betaalbare koopwoningen te bouwen moet er gebouwd worden in Maatschappelijk Gebonden Eigendom (MGE). Dat lukt nu niet omdat Den Haag geen toestemming geeft voor de uitgifte in erfpacht van dit type woningen. Dit probleem kan opgelost worden door de grond onder deze woningen thans in volle eigendom aan de corporaties te verkopen met de bepaling dat de woningen in erfpacht uitgegeven moeten worden voor MGE-woningen en dat te zijner tijd de corporatie de grond weer terug moet leveren aan de gemeente. Financieel maakt dat voor de gemeente niet uit want bij uitgifte in erfpacht wordt bij afkoop voor 50 jaar dezelfde waarde van de grond betaald. Daarnaast zou de gemeente met de corporaties moeten afspreken dat vanaf nu verplicht een groot aantal sociale huurwoningen in MGE-verkocht moeten worden. Daarmee snijdt het mes aan twee kanten: Er komen veel goedkope koopwoningen op de markt (ik schat in zo’n 50.000 euro goedkoper dan nu) en de corporaties verkopen weer woningen en de opbrengst kunnen ze gebruiken om te investeren in projecten met nieuwe sociale huurwoningen.