Olij over de zevende Noordvleugelconferentie

wo 12 dec, 2007

Twee notities over de metropoolregio Amsterdam staan ter discussie.. ‘De kracht van het Landschap’ en ‘Ontwikkelingsbeeld Noordvleugel 2040’. Beide gaan over de ruimtelijke ordening in groot-Amsterdam. In dit geval is dat het gebied tussen pakweg Almere en IJmuiden. In de ‘kracht van het Landschap’ wordt een inventarisatie gemaakt van de verschillende waardevolle landschappen in de metropool. Erkend wordt dat bij de toekomstige ruimtelijke ontwikkeling rekening moet worden gehouden met het behoud van de landschappen ‘Het Ontwikkelingsbeeld Noordvleugel 2040’ schetst de ontwikkelingen voor de komende dertig jaar op het gebied van ruimte, economie, verkeer en vervoer. Het gaat dan om beslissingen waar we nog wegen aanleggen, wat we doen met het openbaar vervoer, waar en hoeveel woningen we bouwen, hoe we de economie versterken en welke belangrijke rol Schiphol speelt en blijft spelen voor de metropool.

De maakbare samenleving is weer helemaal terug. Zoveel is duidelijk. Voor een authentieke sociaal-democraat een grote vreugde. Als ik dit soort notities lees, moet ik altijd denken aan het AUP (Algemeen Uitbreidings Plan) van 1935. Men ging er toen van uit dat in 2000 Amsterdam 960.000 inwoners zou tellen. En daarvoor waren 280.000 woningen nodig. Een gemiddelde woningbezetting van 3,4. Amsterdam telt thans 743.000 inwoners in 379.000 woningen. Zo betrekkelijk zijn dit soort plannen en aannames. Dat moeten we ons wel realiseren als we zo’n notitie lezen. Een van de aanleidingen voor de Noordvleugelconferenties was de opdracht van het rijk 150.000 woningen te bouwen in de periode 2010-2030. Amsterdam neemt er daarvan 50.000 voor zijn rekening. In ‘De kracht van het Landschap’ staat op pagina 8 dat er op dit moment grote zorg bestaat of de broodnodige 150.000 woningen daadwerkelijk gebouwd kunnen worden tussen 2010 en 2030. In de vorige week verschenen ‘Woonvisie tot 2020, Wonen in de Metropool’ staat op pagina 61 dat Amsterdam het aantal van 50.000 wil oprekken tot maximaal 70.000 binnen de huidige stadsgrenzen. Is dat ter compensatie van woningen die elders in de Noordvleugel niet gebouwd kunnen worden of is dit een bewuste keuze voor het bouwen in hogere dichtheden in Amsterdam? Het eerste beslispunt dat ons wordt voorgelegd betreft het ontwikkelen van de netwerkstad Noordvleugel tot een op Europese schaal concurrerende metropool in 2040. Tja, de vraag is natuurlijk: Zijn we wel een metropool en/of willen we dat worden? In de ‘Metropolitan World Atlas’ komt de Noordvleugel niet voor. Maar wel de Randstad. Terwijl we dat nou juist niets vinden. Een beetje metropool heeft 5 miljoen of meer inwoners op een beperkt gebied. Dat haalt de Noordvleugel met zijn 2 miljoen inwoners niet. Ook niet als we het Amsterdam Metropolitan Area gaan noemen.

Waarom is niet gekozen voor het onderzoeken van het maken van verbindingen in de vorm van eilanden tussen Almere en pakweg Monnickendam en daar het IJselmeer afsluiten en vervolgens heb je één niveau voor het water tot aan IJmuiden. De Oranjesluizen zijn dan overbodig. Dit idee was één van de inzendingen voor de E.O. Wijersprijsvraag. Als de zeespiegel stijgt, kan het interessant zijn om voor de kust grote eilanden aan te leggen met gemengde bestemming. Die eilanden kunnen dan dienen als kustversterking en eventueel voor verplaatsing van industrie uit het Havengebied. In dat gebied komt dan ruimte vrij voor natuurontwikkeling, wonen en schone bedrijvigheid. Dit idee is uitgewerkt door de Architectencie. Waarom komt dit idee niet terug in de voorstellen? Uit de stukken kan ik niet halen welke politieke keuzes nu door de besturen zijn gemaakt.

Amsterdam heeft Schiphol. Met 400.000 vliegbewegingen en 42 miljoen passagiers de vierde luchthaven van Europa. Voor de kracht van de metropool gaat het college ervan uit dat tot 2030 de luchthaven gaat doorgroeien naar 600.000 vliegbewegingen met 60 tot 80 miljoen passagiers. Ook vereist de metropool dat in 2030 de Wijkermeerpolder óf de Houtrakpolder nat haventerrein is geworden en de 2e zeesluis is aangelegd. De 150.000 woningen zijn gebouwd en de bereikbaarheid van de stad is op orde. Noord en Zaanstad zijn verbonden met hoogwaardig OV. Het is goed om te zien dat de groenlinks wethouder Ruimtelijke Ordening, die de trekker is van dit hele proces, bovengenoemde zaken voluit steunt. Wat mij niet duidelijk is, is of bij de nagestreefde groei van Schiphol ook wordt uitgegaan van de uitbreiding met de parallelle Kaagbaan. Als dat zo is maak ik op dat punt een voorbehoud. Mijn fractie hecht bijzonder veel waarde aan een goed milieu en aan een duurzame ontwikkeling van de stad en de regio. Maar een sterke ontwikkeling van de economie is eveneens een belangrijk speerpunt voor de PvdA. Want als er geen geld verdiend wordt kan al het moois dat wij hier willen realiseren niet betaald worden. De PvdA steunt dan ook voluit het beslispunt zoals verwoord onder 3: De metropoolregio neerzetten als een belangrijke motor van de Nederlandse economie. Nu al wordt 17% van het Bruto Nationaal Product (BNP) in de Noordvleugel verdiend. Dat moet nog meer worden. De verdere ontwikkeling van de zee- en luchthaven zijn daarbij belangrijk. Waar en hoe de haven zich uitbreidt is wat ons betreft een punt van discussie. Bij beslispunt 2 wordt voorgesteld de Noordvleugel om te dopen in metropoolregio Amsterdam en voor het buitenland tot ‘Amsterdam Metropolitan Area’. Mijn fractie juicht deze naamswijziging toe. Niet alleen omdat de naam ‘Noordvleugel’ nietszeggend is, maar ook omdat de nieuwe naam goed uitdrukt wat we willen zijn, en Amsterdam als sterkste magneet van het gebied, voorop zet. Betekent deze naamswijziging dat de andere gemeenten, zoals bijvoorbeeld Diemen of Ouder Amstel zich voortaan Amsterdam-Diemen of Amsterdam-Ouder Amstel noemen? Wij missen het expliciet benoemen van het doorontwikkelen van de economisch concurrerende metropool binnen de EU, waarbij Schiphol en de haven een belangrijke rol spelen. Ook wordt gesteld dat geïnvesteerd zal worden in adequaat metropolitaan openbaar vervoer op de schaal van de metropoolregio. Wij juichen dat toe. Maar kan het college van B&W toelichten wat we daar precies onder moeten verstaan. Is het een keuze voor lightrail of gaan we door met het aanleggen van metro’s? In de concept-OV-visie wordt voorgesteld het fijnmazige tramnet, waar we in Amsterdam zo trots op zijn, niet verder uit te breiden en buiten de ring zelfs op te heffen en daar met bussen te gaan rijden. Valt dat ook onder adequaat metropolitaan OV? Verder staat er dat technische mogelijkheden van het verkeerssysteem ten volle zullen worden benut. Hiermee wordt, neem ik aan, onder andere beprijzing bedoeld. In de notitie Ontwikkelingsbeeld staat: ‘Na de lopende en voorgenomen omvangrijke verbeteringen aan het hoofdwegennet (…) en mogelijk de toevoeging van nog een enkele ontbrekende schakel (…) is het hoofdwegennet af. Nog meer asfalt leidt niet tot betere bereikbaarheid, omdat het stedelijke wegennet en de bestemmingen in de metropool die autovloed ruimtelijk niet meer kunnen verwerken en bergen’. Dit klinkt mij als muziek in de oren. Ik hoor graag of dit ook voor mijn collega’s geldt en ik mag aannemen dat het een collegebreed gedragen standpunt is.

Vervolgens wordt bij een volgend punt voorgesteld het Ontwikkelingsbeeld 2040 te gebruiken als gemeenschappelijk perspectief in de Noordvleugel bij het opstellen van de komende structuurvisies die, in het kader van de nieuwe wet op de RO, binnenkort gemaakt moeten worden. Wij vinden dit een bijzonder goed punt en verwachten er veel van. Minstens zo belangrijk is het om regionale richtlijnen mee te geven voor bestemmingsplannen.

De totstandkoming van besluiten op Noordvleugelconferenties is geen goed voorbeeld van een democratisch besluitvormingsproces. Het is toch vooral een aangelegenheid voor ambtenaren en bestuurders. Gekozen volksvertegenwoordigers komen er nauwelijks aan te pas. Laat staan de bevolking die zij vertegenwoordigen. In het recente verleden kregen we de stukken pas na de conferentie. Dat is nu niet meer het geval, maar dat is ook het enige dat is veranderd. De betrokkenheid van politiek en burgers bij het proces is nog steeds nihil. Volgens de PvdA kan dat met enige creativiteit en inspanning veel beter. Maak toegankelijk materiaal met de belangrijkste doelstellingen, discussiepunten, keuzes en gevolgen. Organiseer een interactief proces via internet en beleg voor een breed publiek aantrekkelijke bijeenkomsten. Stel je tot doel de bevolking actief bij dit proces te betrekken in plaats ervan uit te gaan dat dat toch niet lukt. Het is van belang voor het draagvlak van de plannen en de discussies komen ook de kwaliteit van de besluitvorming ten goede. Moet ik uit ‘De belangrijkste gebeurtenissen op een rij’ (pag. 12, Ontwikkelingsbeeld) opmaken dat in jan/febr. 2008 slechts de resultaten van de conferentie aan de verschillende raden wordt gepresenteerd? Mijn voorstel zou zijn de uitkomsten te agenderen voor de cie. ROW en daarna de raad en de besluiten vervolgens vrij te geven voor inspraak.

Naschrift:
Vanochtend is in de raadscommissie ROW door zes raadsleden en drie wethouders twee uur lang gepraat over de Noordvleugelconferentie. De discussie is na te zien op Amsterdam.nl/gemeenteraad. Wat a.s. vrijdag in de conferentie besloten wordt is slechts richtinggevend en niet besluitvormend. De uitwerking en besluiten worden genomen in de verschillende gemeenteraden. Op voorstel van de PvdA is besloten dat in maart volgend jaar over de besluiten verder gepraat wordt en dat er dan ook een voorstel van het college ligt hoe de bevolking beter bij de discussie over de ontwikkelingen in de Metropoolregio Amsterdam betrokken kan worden.

Meer lezen?

Bekijk alle artikelen